Over blended learning wordt van alles geroepen. Terecht, maar ook onterecht. Vandaag zet ik juist de misverstanden over blended learning in de schijnwerpers. Zodat je altijd het juiste tegenargument paraat hebt. En waarom zijn het er 5? Kortere stukjes worden beter gelezen… Nee hoor, dat is ongein. Het hadden er zo 10 kunnen zijn, maar ik vond 5 wel genoeg. Wie weet maak ik dus nog wel eens een vervolg. Voor nu in ieder geval: 5 misverstanden over blended learning.

Misverstand 1: De welbekende afbeelding van een blender

Hoeveel presentaties heb jij al gezien met een plaatje van een blender? En waarbij het daarna over ‘blended learning’ bleek te gaan. Als je zelf wel eens een smoothie maakt, dan weet je wat een blender doet. Hij maakt van alles wat je erin doet een smurrie. Terwijl er achter blended learning (als je het goed doet) een plan zit, een structuur en uitgedachte, herkenbare leerinterventies. Die er ook nog eens op het juiste moment zijn. In dit interview wordt de suggestie gedaan om de blender te vervangen door een mengpaneel. En daar kan ik me wel in vinden.

Lees ook: Blend the right mix

Misverstand 2: Blended learning is hetzelfde als het inzetten van ICT in het onderwijs

Dat maakt dat online teaching of dat gedeeltelijk doen, ook al blended learning zou zijn. En dat is onjuist. Je ‘blend’ niet om het ‘blenden’. En ook niet omdat het logistiek of administratief handig is. Je gebruikt blended learning omdat het een onderwijskundig meerwaarde heeft. Die meerwaarde maak je expliciet. En daar baseer je vervolgens je ontwerp op. Dat heeft dus niks te maken met het afwisselen van online en face-to-face onderwijs. En ook niet met onderwijs waarbij een deel van de groep online aanwezig is en het andere deel in de klas zit.

Misverstand 3: Blended learning is hetzelfde als de ‘flipped classroom’

Ja, dat omgedraaide klaslokaal. Meestal uitgevoerd als de les bekijken in video, zodat je in het klaslokaal andere dingen kunt doen. Maar: video is maar één vorm van content. En video kijken betekent niet dat je er ook van leert. Nogmaals: je maakt een blend die als geheel onderwijskundige meerwaarde heeft.

Misverstand 4: Blended learning zorgt voor minder interactie

Ook dat is niet waar, want de gekozen werkvormen maken juist meer interactie mogelijk. Bovendien geeft het de ruimte om contacttijd anders in te vullen. Bijvoorbeeld door een deel van de instructie in een online vorm te gieten, waardoor er face-to-face meer tijd overblijft voor interactie.

Misverstand 5: Blended learning vervangt de docent

Daarmee is het een verkapte bezuinigingsmaatregel. Zou je kunnen denken, maar ook dat is niet waar. Technologie op zichzelf kan nooit een goede docent vervangen. De meest succesvolle blends zijn juist afhankelijk van de kwaliteit van de docent. Hij is immers degene die de inhoud samenstelt, begeleidt, voortgang volgt, en inhoud aanpast aan behoeftes. Blended learning zorgt daarmee eerder voor een verandering in de rol van de docent.